III.
I
1851
1852
1853
1854
1855
1856
1857
1858
1859
1860
1861
1862
1863
1864
1865
1866
1867
1868
1869
1870
1871
1872
1873
1874
1875
Bomschepen.
135
141
148
152
156
155
153
153
159
165
167
170
afgeloopen jaar verre van gunstig
van
Over het geheel was het
voor de visscherij. Van September tot omstreeks het einde
het vischsaizoenhadden de visschers bijkans onafgebroken met
stormen te kampen. Terwijl twee man hun dood in de golven
vonden, bleven al de schepen gespaard. Het verlies aan visch-
want was echter bijzonder grootdeels door de hevige stormen
deels door den moedwil van vreemdeveelal Franschevisschers.
De waarde van den in 1875 gevangen visch wordt begroot
als volgt:
versche visch342,000.
haring, ruim- 1,100,000.
garnalen, ongeveer - 5,000.
De beugvisscherijdie slechts 318.opleverdekan als
Op het einde van 1875 telde de visschersvloot 170 meestal
groote bomschepen. De bemanning bedroeg 1300 a 1400 per
sonen; terwijl nog 200 a 300 te Vlaardingen en Maassluis aan
de visscherij deelnamen.
Van de uitbreiding der vloot in de laatste 25 jaren geeft de
volgende opgave een overzigt.
Bomschepen.
99 -
102
107
112
115
117
124
132
135
130
130
132
134
VISSCHERIJ EN DAARMEDE VERWANTE BEDRIJVEN.