96
toond, ons een waarborg was, dat hij bij voortduring
zich naar behooren van zijne verpligtingen zou kwijten
ondanks de bezwaren en moeijelijkhedenwaarmede
hij heeft te kampen. De voorwaarden, waarop hij de
directie bij vernieuwing aanvaarddewerden weder
gewijzigd, maar nu om ze terug te brengen tot den
vroegeren toestanddus om ten behoeve van de voor
stellingen in het Gemeentebadhuis het leveren van een
vaudeville-troep verpligtend te stellenin plaats van
het bezit van een operetten-gezelschap. Het subsidie
bleef intusschen op het sedert een paar jaar vastge
stelde bedrag van f 8000 bepaald.
In het afgeloopen jaar werden als nieuwe opera’s
opgevoerd: «Hamlet y> van Ambroise Thomas en Pic-
colinovan Ernest Guiraud die beide veel succes
hadden. Voor de eerste werden de kosten van décors
en muziek door de Gemeente gedragen, terwijl den
Directeur voor de laatste eene tegemoetkoming uit de
Gemeentekas werd verleend alleen in de kosten van
aankoop der muziek.
Van het locaal van den Schouwburg werd in 1876 geen
gebruik gemaakt door het Hoogduitsch operagezelschap
uit Rotterdamdat ook in het saizoen 1876/77 zijne voor
stellingen gaf in het Gebouw voor Kunsten en Weten
schappen, terwijl volgens de bepalingen der overeen
komst met de Vereeniging «het Nederlandsch tooneel»
geen andere Hollandsche tooneelgezelschappen tusschen
1 September en 31 Mei mogen worden toegelaten.
Van het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen werd
in den loop van 1876 voornamelijk gebruik gemaakt
door het Concert-Diligentiade Maatschappij tot be
vordering der toonkunst en de Hoogduitsche opera,
terwijl verschillende kleinere bijeenkomsten in de foyer
plaats vonden.