116 Het personenvervoer tusschen ’s Gravenhage en Sche- veningen was in den vorigen zomer weder zeer levendig en werd uitgeoefend met drie gondels. In de middelen van vervoer te lande, waarover ge handeld wordt in Hoofdstuk VIIletter b van bijlage 38, is in het afgeloopen jaar geen wijziging gebragt. Steeds wordt geklaagd, dat de verbindingslijn tus schen de stations van den Hollandschen en den Rijn spoorweg voor het personenvervoer niet wordt gebruikt; in verband hiermede werd door de Kamer van Koop handel de vraag gesteldof eene vereeniging der beide stations tot een gemeenschappelijk, ter plaatse waar thans het Rijn spoorwegstation ligt, wenschelijk wordt geacht. Men meende echter dat tegen eene dergelijke vereeniging overwegende bezwaren bestonden, indien daardoor het bestaande station van den Hollandschen spoorweg voor reizigers en goederenof voor een van beiden zou vervallen. Tengevolge hiervan werden door de Kamer geen nadere stappen gedaan. De dienst der tramways tusschen ’s Gravenhage en Scheveningen had weder geregeld plaats en leverde goede uitkomsten op. Alleen komen veel klagten voor wegens het gedurig derailleren der wagens tengevolge van de onbekwaamheid der koetsierseene verbetering in dit personeel ware zeker zeer wenschelijk. Over eenkomstig de bepaling der nieuwe concessie werden vóór 1 November rails van het nieuwe model zonder groef in de stad gelegdtevens werd de weg eenigzins gewijzigd door het leggen der rails om het monument op het Plein 1843 en door de Alexanderstraat en Java- straat, in plaats van de Sophialaan en Zeestraat. Met het leggen der rails voor de lijn van het Hol- b. Middelen van vervoer le lande.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 122