22. Schelpkade werd op 1 September met een negentigtal kinderen geopend, welk getal op 15 October reeds tot 110 was ge klommen. Ook met betrekking tot deze scholen is thans de Gemeente in drie deelen gesplitstwaaruit kinderen op elke der drie scholen worden toegelaten. Het is de Commissie aangenaam te kunnen vermelden, dat de nieuwe schoollokalen, zoowel aan de Schelpkade als in de Hemsterhuisstraattot dusver uitmuntend voldoen. Bij Raadsbesluit van 21 Maart 1876 werd beslist, dat geen gevolg zou worden gegeven aan het denkbeeld, om ééne dezer scholen uitsluitend voor meisjes en de beide andere alleen voor jongens te bestemmen. Aangaande een van de Kamer van Koophandel en Fabrieken uitgegaan verzoek, dat te ScJieveningen van wege de Gemeente een cursus in de zeevaartkunde mogt worden geopend, meende de Commissie zich van het uitbrengen van een bepaald advies te moeten onthoudenop grond dat zoodanige cursus uit den aard der zaak buiten de grenzen van het lager onderwijs zoude vallen. In een door de hoofdonderwijzers der openbare Gemeentescholen voor lager onderwijs aan Burgemeester en Wethouders gerigt schrijven, tot ondersteuning van het denkbeeld der vestiging eener Rijkskweekschool binnen deze Gemeentevond de Com missie aanleiding tot de mededeeling van tiaar gevoelen, dat het bestaan van zoodanige school verre de voorkeur boven den tegenwoordigen toestand zoude verdienen. Nadat door den Gemeenteraad in zijne zitting van 22 Febru ari) 1876 in beginsel besloten was tot de oprigting eener school voor meer uitgebreid lager onderwijs te Scheveningenwerd de Plaatselijke Schoolcommissie geroepen aangaande de inrigting dezer school haar gevoelen aan Burgemeester en Wethouders kenbaar te maken. In strijd met dat gevoelen werd door den Raad in zijne Vergadering van 8 Augustus bepaald, dat het teekenen op deze school zoowel als op alle andere soortgelijke scholen in de Gemeente zon worden ingevoerd, doch met de Commissie was hij van oordeel, dat de handwerken van nut

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 239