19 2°. Wei- en teelland. De toestand, waarin deze bezittingen der Gemeente verkeeren, mag gunstig genoemd worden; de bijzon derheden daaromtrent bepalen zich tot het navolgende Voor de uitbreiding der beplantingen zijn ook dit jaar wederom buiten verpachting gebleven twee stuk ken teelland achter de Wasch- en Bleekinrigting, ter grootte van 23 aren 20 centiaren. voor de bovenwoningf 400 voor een der kelders - 60 pacht der buffetten. - 1.200 f 1,660 Omtrent de exploitatie van het Badhuis verwijzen wij naar het verslag der Commissie van bijstand, dat hierachter is opgenomen als Bijlage 13. Werd de wijze van exploiteren in den loop van het badsaizoen van verschillende zijden zeer geroemd, de financiële uitkomsten moesten verre blijven beneden die der laatste jaren; het voordeelig saldo bedroeg niet meer dan f 5770.445, een aanzienlijk lagere som dan waarop dit bij de begrooting was geraamd. De oorzaak, waardoor de aanvankelijk zoo goede ver wachtingen van dit saizoen niet werden vervuld, moet gezocht worden in het hoogst ongunstige weder in den nazomer, voornamelijk in de maand September. Toch werd nog het cijfer van de baden in 1875 over troffen gedurende de warmte in Julij en Augustus was het bezoek zeer druk, zoodat het totale cijfer der buitenbaden bedroeg 51,456. De minder gunstige finan ciële uitkomsten hebben intusschen tot voorstellen in den Raad en maatregelen geleid, waarvan de vermel ding in het Verslag over 1877 eene plaats zal vinden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 25