24. ft; A. waarvan I oogenblik slechts bevelen. De verschillen.de in deze Gemeente bestaande inrigtingen, ieder afzonderlijk nagaande, vinden wij: totaal 58 leerlingen. en de leeraren kunnen wij Over het algemeen meenen wij te kunnen verklaren, dat het Middelbaar Onderwijs in deze Gemeente in goeden staat verkeert; alleen heeft zich bij de Commissie de vraag voorge daan of onder de groote Gemeenten van ons vaderland ’s Gra- vcnhage alleen mag achterblijven in de oprigting eener Hoogere Burgerschool voor meisjes. Wij wenschen dit punt voor het aan te stippen en aan uwe aandacht aan te 1°. De Burger Dag- en Avondschool. Directeur de heer W. Blvm. De cursus 1875—1876 begon met 58 leerlingen, 11 vóór of op 1 September 1876 de school verlieten; verder werden 3 machinist-leerling en gingen 2 op andere scholen over. Met 1 September verlieten nog 13 leerlingen uit het tweede jaar de schóól met getuigschrift van goed afge legd eind-examen. Op 1 September werden 24 leerlingen toe gelaten zoodat het getal weder tot 58 klomverdeeld als volgt in de 1ste klasse a. 19 leerlingen nu n b. 17 2de n 22 Ten aan zien van den Directeur ons geheel vereenigen met het dienaangaande door onze voor gangers in hun verslag over 1875 medegedeelde. Verande ringen hadden niet plaats; alleen vermelden wij, dat sedert het laatst van 1876 de heer Mr. Jansma van heb Ploeg met het geven der lessen in de beginselen der staathuishoudkunde aan gemelde school is belast. Lokalen en hulpmiddelen voor het onderwijs zijn over het algemeen in voldoenden toestand Oude niet meer geschikte banken werden door nieuwe van Amerikaansch model vervangen. SCHOLEN VAN OPENBAAK ONDEEWIJS. 4 n 'f tf U

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 285