24. Timmerlieden Smeden Meubelmakers Schilders 43 4 12 8 te zamen 67 leerlingen Van de 35 leerlingen, die zich in April 1876 aan het toe- latings-examen onderwierpen, slaagden er 26; na dien tijd meldden zich nog 6 aan die allen werden toegelaten. Bij de overgangs-examens gingen voor het eerst 13 leerlingen van de 2de naar dc 3de klasse over. Van de ouders der leer lingen behooren 25 tot den ambachtsstand, 16 waren zoons van ambtenaren, onderwijzers of militairen; van 13 waren de ouders zonder beroep of alleen de moeder in leven; van 6 waren de ouders winkeliers; van 5 werkbazen of bouwkundigen. 3°. Voor het eerst hebben wij melding te maken van de eerst in het afgeloopen jaar geopende Industrie-school voor meisjes, onder mejufvrouw Beijdals als directrice. Op het voetspoor van gelijksoortige inrigtingen te Amsterdam, Hamburg en elders, nam het'’s Gravenhaagsch Departement der Maat schappij tot bevordering van nijverheid in 1874 het initiatief tot oprigting der school. Door zamenwerking met het alhier gevestigd Departement der Maatschappij tot Nut van ’t Alge- gemeen en van de Maatschappij tot bevordering van handwerk en fabrieknijverheid en gesteund door bijdragen van het Koninklijk Huis en partikulieren en subsidiën van Staat, Provincie en Ge meente, kwam in het najaar van 1876 de school onder be scherming van H. M. de Koningin tot stand. Aan het toelatings-examen namen 35 meisjes deel, waarvan 26 slaagden; 17 werden geplaatst in de 1ste, 9 in de 2de klasse. Van de ouders der meisjes behooren 7 tot den ambachts stand, 8 tot dien der winkeliers en kooplieden, 3 tot dien der bouwkundigen, 8 tot dien der ambtenaren, onderwijzers of militairen. Door de opleiding, die de leerlingen op de school ontvangen, stelt men zich voor, meisjes uit de middelklasse in staat te stellen op fatsoenlijke wijze en geheel binnen de bestaande

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 289