28. Van de noodzakelijkheid dier hervorming innig overtuigd aarzelt de Raad van Bestuur dan ook nietzich tot de Regering van het Rijk, de Provincie en ’s Gravenhage te wenden met het verzoek, de Akademie in deze te hulp te komen. Aan het Rijk dat, mocht het plan gelukken, bij de oprichting eener hier te lande nog niet bestaande kunstindustrie-school en bij eene kweek school van leeraren voor het Middelbaar Onderwijs onmiddelijk het grootste belang heeft, zal de Raad op deze goede gronden een jaarlijksch subsidie van 6000 vragen. Ook tot de Provin ciale Staten van Zuid-Holland zal de Raad het verzoek richten, om in het waarachtig belang der Provincie deze nieuwe instelling krachtig te steunen, en der Akademie een jaarlijksch subsidie van f 2000 toe te staan. Worden bovengenoemde subsidiën toegestaandan wordt slechts van de gemeente ’s Gravenhage verlangd, hetjaarlijksch subsidie, hetwelk tot hiertoe 6,150 bedroegte willen brengen op 10,500. Ten bewijze dat de' noodzakelijkheid om het Kunstindustrieel onderwijs aan de Akademie toe te voegen niet alleen in de over tuiging van den Raad van Bestuur bestaat, heeft hij de eer hiernevens afschriften te voegen van de officieel daaraan ge schonken adhaesie door de volgende Vereenigingen op het gebied van nijverheid en bevordering van volkswelvaartvan den Voorzitter der Hollandsche Maatschappij van Nijverheidte Haarlemvan de afdeeling Nijverheidvan de Kamer van Koophandel en Fabriekenvan Handel en Nijverheidvan Fabriek- en Handwerknijverheid; van de Directie der Ambachts school en van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeenallen te ’s Gravenhage gevestigd. Op grond van al het medegedeelde meent dus de Raad van Bestuur op de meest ernstige wijze te mogen aandringen op eene algemeene verbetering van den toestand der Akademiedie naar zijne innige overtuigingder Koninklijke residentieaan wier verfraaiing en luister zooveel ten koste wordt gelegdgeheel onwaardig is.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 329