58.
r>
2 te Scheveningen. In 15 faillissementen, allen van ’s Gravenhage,
werden accoorden aangenomen, ‘en van deze 3 met dadelijke
rehabilitatie van den gefailleerde.
25000
4000
voor
zeesterren en afval van visch voor den landbouw,
voor
garnalen werd voor
besomd door 7 booten.
De beugvisscherij leverde niets op.
Ondanks de zeer hooge prijzen was de uitkomst dezer vis-
scherij verre van gunstighet hoofdproductde scholwerd
geregeld in mindere hoeveelheid aangetroffen dan vroeger.
Den 13 April 1876 verongelukte de bomschuit de Vrouw Ida
van den reeder A. Knoesteb. Acht menschen kwamen daarbij om.
Tegenover de ongunstige berigten aangaande de haring
visscherij in het buitenlandmag Scheveningen met dankbaarheid
op den afloop dier visscherij terugzien. Het blijkt meer en meer
dat de sedert eenige jaren in de vaart gebragte bomschepen
voor de haringvisscherij alle andere visschersvaartuigen over
treffen in doelmatigheid en zeewaardigheid. Dit versterkt het
vertrouwen der visschers, waar toenemende concurrentie hen
noodzaakt, nieuwe en vreemde streken voor de uitoefening van
hun bedrijf te gaan zoeken. Ook de reeders laten niets onbe
proefd, om wat de nieuwe vindingen op hun gebied aan de
hand geven in toepassing te brengen.
De haringvisscherij werd gedurende bijkans een half jaar uit
geoefend met 173 bomschepen, bemand met 1475 koppen.
Minder dan in vroegere jaren werd door Scheveningsche visschers
dienst genomen op van elders varende vischschepen. Het veelal
gunstig weder bij weinig stormen had tengevolge, dat betrek
kelijk gering verlies aan vischwant werd geleden. Al de schepen
De schrobnetvisscherij werd met 173 bomschepen aangevangen
en, behoudens kleine tusschenpoozentot Augustus voortgezet.
Langs dezen weg werd voor den publieken verkoop aangevoerd
aan versche visch, voorf 333025
T)
HI. VISSCHERIJ EN DAARMEDE VERWANTE BEDRIJVEN.