62 a a. b. c. d. 94,900 - 37,700 - 11,900 straatverlichting - 48.800 de politie nachtwacht brandweer Ten aanzien der nieuwe fabriek wenschen wij hier slechts in het kort berigt te geven, daar de Directeur in het slot van zijn verslag een uitvoerig rapport daaromtret toezegt bij de sluiting van het dienstjaar in Junij e. k. Als bewijs van de energie waarmede gewerkt werd moge strekkendat de Raad eerst bij besluit van 6 February 1875 tot de oprigting eener nieuwe gas fabriek voor rekening der Gemeente besloot, en dat na aankoop van het terrein, ongeveer 6 hectaren groot, het scheepvaartkanaal gegraven en bekaad, de toe gangsweg aangelegd en bestraat, de grond opgehoogd en gerioleerd, en de verschillende gebouwen, loodsen en gashouders gesteld zijn, met dat gevolg, dat reeds op 1 Junij 1876 gas kon worden geleverd. De ver schillende gebouwen zijn zoo ingerigt, dat de gasbe reiding daarin met betrekkelijk weinig kosten, zoo noodig, aanmerkelijk kan worden vermeerderd, terwijl de kolenloodsen slechts voor 2/5 gedeelten zijn voltooid. Thans is men alleen nog bezig met het bouwen van eene Directeurs-, opzigters- en portierswoning, welk werk gedurende den winter werd gestaakt, maar nu ook weldra zijne voltooijing nadert. De gezamenlijke aanbestedingen voor den bouw der nieuwe fabriek maken een bedrag uit van 413,373, waarvan vooralsnog eene som van ƒ359,328.045 is uit betaald. Voor de verschillende onderwerpen in dit Hoofdstuk behandeld werd in 1876 uitgegeven: voor

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1876 | | pagina 68