i Bijlage 26. ’sGravenhage, November 1877. WelEdele Heeren! Bij het eindigen van den Leercursus 1876/77 is het mij eene aangename taak U te kunnen rapporterendat de toestand dezer inrigting zeer bevredigend mag genoemd worden. Het onderwijs aan de beide afdeelingen ondervond geenerlei stoornis en heeft door den ijver en de toewijding der onder wijzers goede vruchten afgeworpen. Vijf mannelijke en zeven vrouwelijke kweekelingen hebben met gunstig gevolg examen afgelegd. De kweekelingen, vijf en zestig in getal, onderscheidden zich, op eene enkele uitzondering na, door vlijt en goed gedrag en door eene belangstelling, die willekeurig verzuim tot de zeldzaamheden deed behooren. De vermeerdering van hulpper soneel aan de openbare scholen kwam ook aan de kweekelingen ten goede. Het opgegeven werk werd beter bestudeerd en het schriftelijke werk werd netter afgeleverd. Bij de lessen in gymnastiek en het teekenen kwam willekeurig verzuim van sommigen herhaaldelijk voor. Het inroepen van de tusschenkomst der respective hoofdonderwijzers had evenwel niet altijd de gewenschte gevolgen. De klassen ter voorbereiding voor de hoofdacte werden drukker bezocht en zeer gewaardeerd. Ruim twintig hulponderwijzers en veertien hulponderwijzeressen namen aan het onderwijs vrij geregeld deel. Drie hulponderwijzers en twee hulponderwijze ressen verkregen de acte als hoofdonderwijzer of hoofdonder wijzeres. Bij de muziekles der Afd. A was het een verblijdend ver schijnsel, dat eenige hulponderwijzers de uitstekende lessen van den heer W. F. G. Nicolaï geheel vrijwillig bleven volgen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1877 | | pagina 276