52. uitmakende 28 personen. Daarvan werden 2 huisgezinnen, door hoogen leeftijd of ziekelijkheid niet meer in staat om door arbeid geheel in hunne behoefte te voorzien, met eene toelage ondersteund. De vier overigen zijn als vrijboeren gevestigd en veroorzaken alzoo aan het Armbestuur geen kosten. Daaren boven werden nog voor zijne rekening in die stichting ver pleegd twee bij hunne kinderen inwonende bejaarde personen, alsmede zes kinderen. Tevens zag het Armbestuur zich op voorstel van Commis sarissen der Maatschappij, verpligt, om de toelage ten behoeve der drie in vorige verslagen genoemde gezinnen voort te zetten welke ondersteuningen echter bij minder invaliditeit der ouders of meerdere werkvatbaarheid der tot het -gezin behoorende kinderen, van tijd tot tijd verminderd worden. Ter zake van deze ondersteuning en verpleging werd in 1877 aan de Maatschappij van Weldadigheid betaald f 1124.025 tegen 1034.505 in 1876. Tot de’ mededeeling overgaande van hetgeen betrekking heeft op het verleenen van geneeskundigen onderstand, heeft het Burgerlijk Armbestuur alleen te herinneren, dat de Gemeente- vroedvrouw Mej. A. M. Bbons, wed. G. F. Stuttekheim, wegens verleend eervol ontslag op 1 Januarij 1877, is vervan gen door Mej. M. A. Vebheijdt, huisvrouw van P. Th. van Koekt. Met opzigt tot verdere bijzonderheden, betreffende de ver strekking van dien onderstandvestigt het Burgerlijk Arm bestuur verder de aandacht op den hier volgende Staat.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1877 | | pagina 315