55. afkoop der grondrenten, gevestigd op het erf der woningen aan de Loosduinsche brughet terrein van den vroegeren Zuidmolenin het afgeloopen jaar kwam deze afkoop tot stand. Minder gelukkig was het Bestuur met eene andere onderhan- deling van denzelfden aardaangaande de erfpacht op de woningen aan de Gedempte Sloot, die afgestuit is op de weigering van den eigenaar om daartoe mede te werken. Zooals in de laatste algemeene vergadering werd besloten, zijn van de 4 °/o leening veertig aandeelenten bedrage van 10,000uitgeloot. Dat de finantiën der vereeniging zich in goeden toestand bevinden, blijkt reeds uit het voorafgaande; ten overvloede mogen eenige cijfers uit de rekening hiervan het bewijs leveren. De opbrengst der verhuringen bedraagt f 44024.25. De totale ontvangst van de eerste afdeeling der rekening beloopt in het afgeloopen jaar 44361.47het totaal der uitgaven 30969.58, derhalve is er een batig saldo van f 13391.89. In het jaar 1877 waren de onvangsten 45225.915 en de uit gaven 30679.165. In de tweede afdeeling is de ontvangst f 26129.91tegen eene uitgave van 21485.54hetgeen een batig slot van f 4644.37 oplevert. De omstandigheid dat van de veertig uitgelootte aan deelen vier en twintig niet ter aflossing zijn aangeboden, is de oorzaak van dit hooge cijfer. In het jaar 1877 bedroegen deze cijfers: 21622.11, 20888.—en 734.11. Wat zijne leden betreft, ziet het Bestuur zich tot zijn leed wezen genoodzaakt mede tc deelen dat de bouwcommissaris de heer Hora Siccama, voor onbepaalden tijd zijn verblijf buiten ’slands heeft gevestigd; het Bestuur vleit zich echter dat dit verblijf slechts van tijdelijken aard zal zijn. De heer van Breugel Douglas, daartoe door de vergadering uitgenoodigd heeft zich bereid verklaard de werkzaamheden van bouwcom missaris voorloopig waar te nemen. Ten slotte kan het Bestuur niet nalaten er op te wijzen dat de vereeniging ook buitenaf gewaardeerd wordt en dat de oogen van hendie eene dergelijke vereeniging wenschen te stichten

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1878 | | pagina 334