7 i| DIENSTJAAR 1877. n°. 4. Litt. b. GETAL ARMEN, DIE ZIJN ONDERSTEUND: UITGAVEN. ONTVANGSTEN. Subsidiën van Optelling Optelling Optelling BENAMING Kosten der der der AANMERKINGEN. waaronder elke Instelling bekend staat. van hoofden hoofden kolommen kolommen kolommen in beheer. van provinciën. van gemeenten. 10 tot en met 14. 6 tot en met 8. 1 tot en met 4. personen. geld. personen. huisgezinnen. huisgezinnen. 1. 2. 3. 4. 5. 15. 14. 8. 12. 13. 7. 9. 10. 11. Vereeniging van den H. Vincentius a Paulo. 279 279 f 4,904.08 4,718.95 f 4,718.95 4,904.08 f Liduina van de H. Elisabeth 250 250 7,916.06 f 2,058.62 42.50 I' 159.53 2,260.65 2,916.06 5,000.— H. Aloysius 225 225 2,300.— 2,200.— 2,300.— 2,200.— Van het Ned. Israëlitisch Armbestuur. 1 3 51 58 1,058.28* f 924.39 150.— 858.28* 1 3 805 3 812 f f f 309.53 387.84* 9,901.96 f 10,599.33* 5,000.— Litt. c. 171 3,378.21 f 207.50 4,822.25 f 5,029.75 3,378.21 f f 91 eenloopende Fonds voor de nagelaten betrekkingen van verongelukte Scheveningsche visschers H. Willebrordus (a) Bikoer Cholim Wehekdisch gedurende het geheele jaar onafgebroken als: alleen gedurende den winter of slechts nu en dan ééns of meermalen als Onderstand van allerlei aard op andere wijze of in natura tot een gelds waardig bedrag van: Erfstellingen, legaten en schenkingen in den zin van het Burgerlijk Wetboek. andere instellingen van weldadigheid. 200.— (0 345.34* 16,178.42* 1,419.73* 77 weduwen en weezen. Collecten inschrijvingen en andere niet in kolom 10 begrepen giften en bijdragen. en c van art. 2 der wet van den 28sten Junij 1854 (Staatsblad n°. 100). Bijlage O 6, 10,978.42*| GENOOTSCHAPPEN DIE AAN SCHAMELE ARMEN ONDERSTAND VERLEENEN, behoorende tot de instellingen van Weldadigheid, bedoeld bij lilt, b eenloopende Men geeft geen ondersteuning of bedeeling wordt onderhouden door liefdegiften, die tusseben de f 200 a 400 bedragenuit de opbrengst der naaischool en uit giften bij verpleging van zieken. I 6. j. 200.— i i il

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1878 | | pagina 340