3 HOOFDSTUK II. Verkiezingen. '1 1 2250 2238 3721 in 1878 1877 1876 De verhouding der sterfte in de drie laatste jaren was: Het getal kiezers, volgens de kiezerslijsten gesloten in het jaar waarover dit verslag loopt, bedroeg: a. voor Leden der Tweede Kamer der Staten- - Generaal b. voor Leden der Provinciale Staten c. voor Leden van den Gemeenteraad. De verkiezingen leverden de volgende uitkomsten op: 1 op 38.48 46.99 38.32 Hieruit blijkt, dat de verhouding der sterfte minder gunstig was, dan in het vorige jaar; de in de laatste maanden heerschende mazelen hebben hierop wel eenigen invloed gehad. De staten betrekkelijk de geboorte, de sterfte, enz. zijn achter het verslag gevoegd als bijlagen 111. b. Registers van bevolking. Het bijhouden van het bevolkingsregister heeft tot geene bijzondere opmerkingen aanleiding gegeven. Het aantal genummerde perceelen is in 1878 tot 21,078 geklommen tegen 20,187 in 1877, zoodat de toeneming bedroeg 891 914 perceelen werden bijge bouwd tegenover 23 die afgebroken of door verbou wing vervallen zijn.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1878 | | pagina 9