24.
b. De Onderwijzers.
Artt. 18 en 19. Op 31 December 1879 waren aan de 17
openbare scholen, behalve 17 hoofdonderwijzers, werkzaam:
115 hulponderwijzers, waarvan 50 de acte van hoofdonder-
wyzer en 3 die van den 2den rang bezitten
2 onderwijzers, uitsluitend voor het teekenen;
6 onderwijzers, uitsluitend voor de gymnastiek;
22 hulponderwijzeressenwaarvan 3 met acte van hoofdon
derwijzeres
62 kweekelingenwaaronder 27 vrouwelijke:
onderwijzer te kennen te geven, dat het naar hare meening,
vooral op eene school voor onvermogendenals minder geschikt
moest worden beschouwd. Toen kort daarna hetzelfde boekje
werd ingezonden door den hoofdonderwijzer van eene der scholen
voor meer uitgebreid lager onderwijs, meende de Commissie
als haar gevoelen te moeten nitspreken, dat het boekje, zoowel
wegens den gebrekkigen stijl als wegens den in vele opzigten
zonderlingen inhoud, voor het gebruik ook op eene school voor
meer uitgebreid lager onderwijs minder geschikt was.
Gedurende het afgeloopen jaar werden voor de bibliotheek van
iedere school gemiddeld 12 nieuwe boeken aangeschaft, zoodat
het aantal werkjes in elke bibliotheek afzonderlijk thans tusschen
de 120 en 300 bedraagt. De helft der som, door het Gemeente
bestuur tot onderhoud der bibliotheken beschikbaar gesteld
moest tot het innaaijen en repareren der boeken worden aange
wend. Op een aantal scholen worden eenmaal per week of om
de 14 dagen aan de leerlingen der hoogste afdeelingen boeken
ter leen verstrektop ééne school wordt daaraan de voorwaarde
verbondendat de leerlingen zich gedurende de week voortdurend
ijverig en ordelijk hebben gedragen. Bijna alle hoofdonderwijzers
schatten de waarde van het t’huis lezen zeer hoogslechts door
één hunner wordt er op gewezen, dat de vrachten van het
t’huis lezen niet zoo rijk waren als hij verwacht had, althans
dat die vruchten niet merkbaar waren in het mondeling of
schriftelijk wedergeven van het gelezene.