24. voor de handwerken: 8 onderwijzeressen le klasse, 12 onder wijzeressen 2e klasse en 14 kweekelingen. Bij de verordening van 21 Januarij 1879 (Volgnommer 471) werden op nieuw eenige wijzigingen gebragt in die van 9 Mei 1877 (Volgnommer 449), regelende het getal, den rang, de benoeming, de bevordering en de bezoldiging van onderwijzers, onderwijzeressen en kweekelingen aan de openbare scholen te ’s Gravenhage. Daarbij werd in de eerste plaats bepaald dat aan elke schoolwaar de gelegenheid bestaat tot het geven van het gymnastiek-onderwijseen onderwijzer of' onderwijzeres in de gymnastiek zal werkzaam zijn, en tevens dat de onderwij zeressen in de handwerken voor meisjes elk bij hoogstens drie scholen, de onderwijzers of onderwijzeressen in de gymnastiek elk bij eéne of twee scholen zullen zijn geplaatst. Voorts werd daarbij de berekening der bezoldiging van het onderwijzend personeel eenigzins anders geregeld, in dier voege dat de on derwijzeressen in de handwerken voor meisjes voortaan eene jaar wedde genieten, berekend voor die der le klasse op 150, voor die der 2e klasse op 80 voor iedere schoolwaaraan zij werkzaam zijn, met uitzondering van de burgerschool te Scheveningen waarvoor respectivelijk 200 en 100 in rekening komtdat de onderwijzers of onderwijzeressen in de gymnastiek eene jaar wedde genieten, berekend voor elke schoolwaarbij zij geplaatst zijn, op /600 (waartegen zij aan de leerlingen dier school tot een maximum van 18 uren ’s weeks hebben les te geven), ver meerderd met f 50 voor ieder daarenboven of wel uit anderen hoofde opgedragen wekelijksch lesuur, en dat de jaarwedde der onderwijzers of onderwijzeressen in het teek enen geëvenredigd zal zijn aan ƒ50 voor elk wekelijksch lesuur. De hierbedoelde onderwijzers en onderwijzeressen genieten eene toelage van 50, bijaldien zij, te ’s Gravenhage wonende, werkzaam zijn aan eene of meer scholen te Scheveningen, of omgekeerd. Gelijk bekend, wordt krachtens art. 2, laatste alinea, der aangehaalde verordening van 9 Mei 1877 door den Gemeenteraad telkens naar de behoefte het getal hulponderwijzers of hulpon- derwijzeressen aan elke school in het bijzonder bepaald en ge-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1879 | | pagina 242