25. De lessen zijn, overeenkomstig de vastgestelde programma’s zoo geregeld mogelijk gegeven. Wenschelijk blijft lietdat er maatregelen genomen wordenom onderwijzersdie verhinderd zijn hunne lessen waar te nemendoor anderen te doen ver vangen. Vooral tijdens de acte examens, waarbij telkens onder scheidene onderwijzers der normaallessen als deskundigen wor den geroepen, geeft die verhindering aanleiding tot verzuim, waardoor het beperkte aantal lesuren nog al verminderd wordt. De normaallessen leden in dit jaar een treffend verlies door het overlijden van den heer P. H. Dewald. Van 1° Mei jl. werd zijne taak reeds door den heer van der Bruyn en den ondergeteekende waargenomen. Gedurende de zomervacantie werd de hoop op herstel al gedurig minder. De heer van der Bruyn gaf zijn stellig besluit te kennen, om de voerloopig op gevatte taak na de vacantie niet verder voort te zetten. De heeren de Vletter en J. II. Blum werden uitgenoodigd en bereid bevonden om de lessen in geschiedenis en aardrijkskunde te aanvaarden. Met 1° September voldeden zij, met goedkeuring van het Bestuur, aan die roeping. Kort daarna ontviel ons de waardige en gemoedelijke man die met nauwgezetten ijver en groote toewijding sedert 1860 aan de opleiding der onderwijzers zulk een werkzaam aandeel had genomen. In ruime mate genoot hij de achting en het vertrouwen der kweekelingen en niet minder van zijne ambt- genooten. Zijn verscheiden in de kracht des levens werd door allen met groote deelneming betreurd. De heeren W. de Vletter en J. II. Blum hebben geen bezwaar gemaakt om ook voor ’t vervolg zich met de lessen in geschiedenis en aardrijkskunde te belastenmet uitzondering van de lessen aan de 3de klassen en aan de hulponderwijzers, voor wie de aardrijkskundige lessen zijn opgedragen aan den heer J. M. Keen. De onderwijzers hebben zich overigens bereid verklaard te continueeren. De heeren Hofman en Schippers alleen zijn op hun verzoek ontheven van het taalonderwijs aan de 2de en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1879 | | pagina 297