15 15 P f n i BEDRAG PER OMSCHRIJVING DER BEDRAG PER OMSCHRIJVING DER Aan- Aom- merkingen werkingen. Artikel. Onderdeel. Artikelen. Artikel. Onderdeel. Artikelen. 1 Transport f 699,495.05 38,803.21“ van 1877 4 409,548.48 145,583.75- 184,386.97 2 409,548.48 5 6,498.— 499.60 6,997.60 6 b. Geslagt 3 1». op de gebouwde 104,154.29 d. Likeuren 1,035.45 350,981.71’ b. Op de personele belasting. 7 belasting 612,144.27’ 612,144.27 Transporters f 699,495.05 Transporter ƒ1,728,185.40’ Inkomsten uit i bezittingen. Opcenten op ’s Rijks directe belastingen. Onderdeden in de artikelen begrepen. b. Gedeelte van het vermoe delijk batig slot der dienst van 1878 Andere directe belastingen. Hoofdelijke om slagen. Onderdeden in de artikelen begrepen. 6 S a s 456,171.45- 58,936.62’ c. Opbrengst van wegen vaarten sluizen en andere werken buiten de gemeente, welke voor rekening der gemeente worden onder houden a. Hnren en pachten van hui zen en landerijen, renten! van kapitalen, grondren-l tentiendencijnsenerf pachten, opbrengst van den houthak, pacht van gras gewas pacht van jagt en visscherij, opbrengst van regenwaterbakken 58,936.62’! b. Winsten (batig slot) uit on dernemingen van nijver heid door de gemeente geëxploiteerd of waarin de gemeente aandeel heeft a. Op de grondbelasting Opbrengst van afgekochte belastingen in natura, of verpligting tot arbeidof levering ten behoeve van gemeentewerken(Art. 239) o E .2 E O b. Op tooneelvertooningen en andere openbare vermake lijkheden enz Batige sloten van a. Batig saldo der rekening vorige dienst jaren. b. Omslagen voor bepaalde doeleindenbijv, voor aan leg of onderhoud van we gen voor nacht- en brand wacht voor verlichting voor rente en aflossing, enz. Aandeel der 4/5 gedeelte der personele gemeente in de opbrengst van ’sRijks personele belasting. a. Gemaal c. Gedistilleerd a. Op de honden en 2°. op de ongebouwde eigendommen a. Gewone hoofdelijke om slagen c. Op publieke huizen Belastingen op voorwerpen van verbruik.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1880 | | pagina 138