J
24.
De beide leden der Commissiede heeren Jhr. Mr. J. J. de
la Bassecovb Gaan en Mr. J. J. Bergsma, bleven in de
commissie van bestuur zitting houden.
De bestaande regeling der normaallessen heeft dit jaar aan
leiding gegeven tot eene belangrijke gedachtenwisseling met
het dagelijksch bestuur dezer gemeente.
In Mei jl. wendden zich alle hoofdonderwijzers hier ter stede
bij een gemeenschappelijk schrijven tot Burgemeester en Wet
houders met een tweeledig verzoek
1°. om bij de inrigting van het lager onderwijs hier ter
stede na de invoering der nieuwe wet de bestaande verpligting
voor de hoofdonderwijzers der openbare scholen te doen ver
vallen omdaartoe door de Commissie van Bestuur uitge-
noodigdonderwijs te geven aan de van gemeentewege inge
voerde normaallessenen
2°. om te overwegenwat gedaan zoude moeten worden om
de opleiding van kweekelingen en hulponderwijzers in deze
gemeente te doen beantwoorden aan de eischen des tijds.
Tegen de bestaande regeling werd in dat schrijven voor
namelijk aangevoerd de geringe omvang van het onderwijs, die
het voor de aanstaande onderwijzers zelven raadzaam maakt
hunne opleiding elders te zoekenwaardoor zich reeds gebrek
aan hulppersoneel in deze gemeente in sterke mate openbaarde.
Voorts de opdragt aan de hoofdonderwijzers, om de normaal
lessen te geven als neventaakterwijl het belang der zaak
dringend vorderdedat hiertoe eene afzonderlijke inrigting met
afzonderlijk personeel werd aangewezen. Er werd daarbij nog
gewezen op de veranderde verhouding der kweekelingen na de
invoering der wet van 1878. Terwijl toch vroeger de kweeke
lingen als werkkracht in de school gebruikt werdenhad de
onderwijzer er belang bij dat zij ook de noodige theoretische
kennis verkregen. Thans, nu zij alleen voor eigen vorming in
de school zullen worden toegelatenschenen de onderwijzers
geen meerder belang dan ieder ander bij hunne degelijke vor
ming te hebben.
De Plaatselijke Schoolcommissie, door Burgemeester en Wet-