24. - I In drie scholen (die aan de Ammunitiehaven, het Korten- bosch en in de Keizerstraat) zal, met het oog op art. 12, alin. 1, afsluiting van eenige deurenwelke in onmiddellijke gemeen schap met de buitenlucht zijn, noodzakelijk zijn. Bij de beide eerstbedoelde scholen schijnt dit niet zonder veel bezwaar te zullen kunnen geschieden. Rug- of lendeleuningen zullen (art. 13, alin. 1) aan de ban ken in alle scholen, behalve in die in de Tullingh- en in de Hemsterhuisstraatmoeten worden aangebragt; in de school in de Keizerstraat en in die voor onvermogenden in de Badhuis straat echter slechts respectivelijk aan een 17- en lOOtal banken. In de beide laatstgenoemde scholenalsmede aan die in de Achterraamstraatin de Verlengde Badhuisstraat en op het Kerkplein zal tevens een voldoend aantal banken moeten wor den ingerigt voor de oefeningen in de handwerken voor meisjes (art. 13, alin. 4). De privaten beantwoorden op de meeste scholenzoowel wat aantal als inrigting betreft niet aan de voorschriften van art. 14. Intusschen is aan den heer Districts-Schoolopziener het oordeel overgelatenin hoeverre die inrigting zal moeten gewijzigd worden. De verwarming (art. 15, alin. 1) schijnt in de meeste scholen voldoende. Verbetering is echter gewenscht voor de scholen in de Lombard-Hemsterhuis- en in de Achterraamstraathet Kortenbosch en de Badhuisstraat. Minder gunstig zijn de middelen tot luchtverversching (art. 15, alin. 2)welke in vele lokalen slechts wordt verkregen door het openzetten van deuren en vensters. Bij slechts 5 scholen bevindt zich eene speelplaatswelke daarbij nog onoverdekt is. In enkele scholen worden de kleederen der leerlingen in het schoollokaal zelf bewaard. Het komt der Commissie zeer wen- schelijk voor, dat, zoo spoedig mogelijk in alle scholen de ge legenheid worde verschaft om die kleederen buiten de school lokalen te bergen. Geheel afgescheiden van het bovenstaande wenscht de Com-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1880 | | pagina 240