if VI. Het plaatselijk toezigt. Aan den nieuw benoemden Wethouder Mr. M. W. Baron nu Toub van Bellinchave werd het toezigt opgedragen over de opleidingsklassen worden geregeld bezocht door 43 helpsters en kweekelingen van openbare en 12 van bijzondere bewaarscholen. De verhooging der wedden van het hulppersoneel waarborgt te meer de mogelijkheidom steeds geschikte hulp voor de zoo talrijk bevolkte scholen te bekomen en te behouden. De Commissie wenscht er echter de aandacht op te vestigendat ook de bezoldiging der hoofdonderwijzeressen verhooging behoeft. Mejufvrouw E. MatthijsCross bestuurderes der school in de Hekkelaan, werd op haar verzoek overgeplaatst naar de nieuwe bewaarschool in de- Koningstraat. Voor de vervulling der daardoor ontstane vacature is in het einde van January jl. een vergelijkend examen gehouden. Het examen voor de akte van bewaarschoolhouderes werd den 11 en 12 Mei 1880 gehouden. Van de 17 aspirantenwelke zich aan het examen onderwierpen, slaagden 12. De lokalen bleven in denzelfden toestand. Verbeteringen waarop de sub-commissiën herhaaldelijk aandrongenwachten nog steeds op uitvoering. In het personeel der sub-commissiën is het verlies te betreuren van den heer J. F. Mansvelt-Beck, die, sedert eenige jaren aan de school in de Nieuwe Schoolstraat verbondenaan zijn nut tigen werkkring door den dood werd onttrokken. In zijne plaats werd benoemd, met ingang van 1 January 1881, de heer W. A. Kramers. Tot leden der sub-commissie voor de bewaar school in de Koningstraat zijn benoemd de heeren W. be Vletter, J. M. Collette en F. W. van der Putten. Aan het hoofd der 23 in deze gemeente bestaande bijzondere bewaarscholen bevonden zich 23 bestuurderessenbijgestaan door 87 helpsters en kweekelingen. Deze scholen werden be zocht door 1457 jongens en 1471 meisjes, welke cijfers alzoo, in vergelijking met die over 1879, eenen vooruitgang van 91 leerlingen aanwijzen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1880 | | pagina 252