28.
4.
Personeel.
I. Aangenaam was het ons in Juni den Raad te kunnen
adviserendat er destijds geen reden bestond om te blijven
aandringen op het ontslag van den leeraar Schwippert. Het
advies van den heer Inspecteur der Gymnasia ondersteunde
het onze en dienovereenkomstig werd den 13den Juli door
Uwe Vergadering besloten.
II. Sedert lang bestond bij den leeraar Pareade wensch
zich meer uitsluitend te kunnen wijden aan de studie en het
onderwijs van de schei- en natuurkunde en om die reden te
Worden ontheven van het onderwijs in de natuurlijke historie.
Te eerder eerbiedigden Curatoren dit verlangenomdat de vol
doening daaraan zonder bezwaar voor de gemeentelijke schatkist
geschieden kon, aangezien Dr. Pareau zich bereid verklaarde
ommocht zijne taak op de aangegevene wijze worden verlicht
maar dat, om eenigzins aan het bezwaar te gemoet te komen,
de bestaande klinkerbestrating in het Westeinde langs den zijgevel
in de Vliersteeg en over het kruispunt in de Assendelftstraat
zoude worden dcorgetrokken. Curatoren toonden aan, dat dit
palliatief weinig zoude baten en veroorloofden zich de vraag,
of het argument der hooge kosten den doorslag mocht geven
waar het geldt, niet eene min of meer wenschelijke, maar eene
dringend, eene volstrekt noodzakelijke verbetering ten behoeve
van het Gymnasiaal onderwijs? In antwoord op deze vraag
ontvingen wij de mededeeling, dat in 1881 in het Westeinde
een riool zal worden gelegden bij die gelegenheid zal worden
overwogen op welke wijze aan de bezwaren kan worden te
gemoet gekomen.
Wij voegen aan de vermelding dezer feiten alleen de ver
zekering toe, dat de bestaande toestand voortdurend strekt
tot groot nadeel van het onderwijs. Moge het ons gelukken
eindelijk die overtuiging ingang te doen vinden bij het dagelijksch
bestuur en bij Uwe Vergadering; moge het thans de laatste
maal zijn geweest, waarop wij verplicht waren het Carthago
delenda uit te spreken.