74
2335 2154
2351
2317
2335
2157
2201
2121
2139
15April 1880 4552
15Julijl880. .4438
15 October 1880. 4474
De toestand van bet lager onderwijs, de staat der
scholen en het onderwijzerspersoneel kunnen blijken
uit het verslag der Plaatselijke Commissie voor het
lager onderwijs, dat met bijbehoorende staten hier
achter als bijlage 24 is opgenomen.
Door den Raad werd op den 5den October 1880 een
nieuwe verordening vastgesteld, regelende de zamen-
stelling en inrigting der Plaatselijke Commissie voor het
lager onderwijs, waarin o. a. is bepaald, dat deze Com
missie niet langer uit 13, maar uit 15 leden zal bestaan.
De zamenstelling der Commissie onderging verande
ring door het bedanken van de leden Mr. D. Veegens en
Mr. L. G. Greeve, die gedurende een reeks van jaren hun
taak met ijver en toewijding hadden vervuld. Hunne
plaatsen en die, welke door de nieuwe verordening
waren in het leven geroepen, werden vervuld door de
heeren A. C. Th. Gevers Leuven, Mr. P. R. Feith,
Jhr. Mr. S. Laman Trip en A. Polak Daniels, terwijl
Mr. C. J. E. Graaf van Bylandt als Secretaris vervan
gen werd door Jhr. Mr. W. Th. C. van Doorn.
Op den 23sten April 1880 mogten de heeren A. M.
Mallée en G. J. Pontier hunne 50jarige ambtsver
vulling herdenkenten einde een bewijs te geven hoe
de goede diensten, door hen aan het onderwijs be-
gemiddeld 4489
Ten behoeve dier scholen werden geene subsidiën
verleend.
Kosteloos onderwezen werden:
op15Januarij!880. 4492leerlingen,waarvan 2335
Vrouw.
Aantal. Mann.
