23. van Op den Isten Januari 1882 brandden in het geheel 2004 publieke lichten en op den 31sten December 2136, zoodat in het jaar zijn bijgekomen 132 lichten. Gedurende het badseizoen werden te Scheveningen bovendien nog 70 publieke lichten ontstoken. Alle gewone lantaarnlichten zijn gebracht op een verbruik van 200 liters per uur en zijn van regulateurs voorzien. Zooals altijd werd te middernacht een gedeelte der verlichting gebluscht; het getal dezer lichten bedroeg op den 31sten De cember 681. 88 Lichten in de nieuw bebouwde straten welke eveneens moesten gebluscht wordenbleven echter ter bevordering de meerdere veiligheid tot den morgenstond branden. Op den 31sten December brandden 1455 lichten van zon’s onder- tot zonsopgang en 681 tot middernacht. De eersten hebben in dit jaar 3667| uren en de anderen 1981| uren gebrand. Voor het door de publieke verlichting verbruikte gas, werd door de Gemeente f 0.09 per M3 vergoed; evenzoo restitueerde de Gemeente de kosten van het onderhoud van het materieel der publieke verlichting ten bedrage van 6,442.33 en die van het aansteken en blusschen ten bedrage van 18,930.42. Deze laatste post is door het op pensioen stellen van den Controleur Wagner minder dan het vorige jaar. De kosten van uitbreiding van het materieel der publieke verlichting geboekt op de rekening van de uitbreiding der fabriek, bedroegen 6,147.19. Voor de publieke verlichting werden gebruikt 1,307,950 M’ tegen 1,193,628 in het vorige jaarin 1882 dus meer 114,322 M3. Het gasverbruik voor de publieke verlichting bedroeg per in woner (125715) 10.4 M3 tegen 9.89 M3 in het vorige jaar. Voor den dienst der publieke verlichting werden op het einde van het dienstjaar 45 lantaarnopstekers, die elk f 7.per week verdienengebezigd. Als bijlage N". 3 is hierbij gevoegd eene graphische voor- VII. Publieke verlichting.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1882 | | pagina 244