24.
1) Zie Verslag over 1881 blz. 26.
gesproken gevoelen der Commissie. Terwijl deze in het pros
pectus op zich zelf grond vond aan Burgemeester en Wet
houders te adviseeren, voor zoover eene goedkeuring vereischt
of gewenscht werd, ze in dit geval niet te verleenen, besloot
zij tevens de rechtsgeldigheid van het reglement nogmaals aan
een opzettelijk onderzoek te onderwerpen. Hare slotsom hoopt
zij in het volgende Verslag mede te deelen.
De Subcommissiën te Scheveningen verloren twee leden, na
melijk dé heeren I’. J. Teebaad en J. L. Meis, die beiden
hun ontslag als zoodanig namen. In hunne plaats werden ge
kozen de heeren H. van der Harst en J. P. H. Hotstede.
Behalve de gemeentebewaarscholen waren aan de Commissie
nog bekend 29 bijzondere bewaarscholen, bestuurd door even-
zooveel bestuurderessenwelke werden bijgestaan door 64 help
sters waarvan 6 met akte van bewaarschoolhouderes - en
30 kweekelingen. Deze scholen werden bezocht door 1553 jongens
en 1609 meisjes, samen 3162 kinderen of 107 meer dan in 1881.
VI. Plaatsedijk toezicht.
In de zitting van Uwen Raad van 9 Januari 1883 werd,
overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders,
besloten tot instelling van eene Raadscommissie van bijstand
in het beheer van het onderwijs in het algemeen voorgezeten
door het lid van het College van Dagelijksch Bestuuraan wTien
bij de eerstdaags te wachten verdeeling van arbeid tusschen de
leden van gemeld College, die tak van Gemeente-administratie
zal worden opgedragen.
Zooals uit de daarover gevoerde discussie bleek, was de be
doeling om, evenals bij andere onderwerpen van gemeentehuis
houding het geval is, ook bij het onderwijs de taak van het
Dagelijksch Bestuur te verlichten, en zal deze Raadscommissie
meer met de dagelijksche zaken van bestuur en beheer, zij het
dan ook ingevolge de Gemeentewet alleen met adviseerende
bevoegdheid, zich bezighouden, terwijl het voornemen bestaat,