2S.
algemeen niet in staat bleken te zijn om op den duur de
lessen in de verschillende vakken met vrncht bij te wonen.
In het onderwijzend personeel kwamen dit jaar wederom
eenige veranderingen.
Voor de vacature Dirk sen werd aangesteld de heer A. H.
W. de Bock, die de opengevallen lessen tijdelijk had waar
genomen.
De leeraar B. J. H. Haitink, eerst in 1881 benoemd, be
kwam, op zijn verzoek, met ingang van 10 April wederom
ontslag. Gedurende die vacature werd het onderwijs in de be
schrijvende meetkunde opgedragen aan de leeraren van Eek
en Dr. Ninck Blok, in het rechtlijnig teekenen aan de inge
nieurs Knüthel en Koppeschaab Jr. Tevens werd toen het
aanbrengen van eene wijziging in de verdeeling der leervakken
in overweging genomen, en wel om het onderwijs in het recht
lijnig teekenen te verbinden met dat in het handteekenenvoor
welk laatste vak dan een nieuwe leeraar noodig zou zijn om
het in de laagste klassen te onderwijzen. Dit denkbeeld vond
echter geen genoegzamen bijvalvooral omdat men verband
wilde houden tusschen het rechtlijnig teekenen en de beschrij
vende meetkunde, hetwelk, naar men vreesde, verloren zou
gaan indien men die vakken aan verschillende handen toever
trouwde. Van daar dat een nieuwe leeraar voor beide ge
noemde vakken werd gezocht en daartoe door U benoemd de
heer C. J. Francois aan wien tevens werd opgedragen om
zoo noodigook onderwijs te geven in andere wiskundige
vakken. Van deze bevoegdheid moest men bij de splitsing der
5de klasse reeds dadelijk gebruik maken.
Voorts werd nog de leeraar J. Klein met ingang van 1 Ja
nuari op zijn verzoek eervol ontslagen en in zijne plaats be
noemd de heer A. L. Schmidt Jr. Het zij ons vergund hierbij
den wensch uit te spreken, dat in het vervolg gebruik worde
gemaakt van de bepaling van art. 6 der Verordening (Verz.
n°. 390), waarbij de leeraren verplicht worden om des gevor
derd nog gedurende 3 maanden hunne lessen te blijven waar
nemen. Het toekennen van ontslag enkele weken nadat lipt is