28.
Nog vóór de Raad van Bestuur het diploma aan het eerelid
Jhr. Mr. F. G. A. Gevers Deynoot had kunnen aanbiedenhad
men het overlijden van den hooggeschatten burgemeester van
‘s-Gravenhage te betreuren, die van 18581869 als Voorzitter
van den Raad van Bestuur, en ook later, steeds zulk eene
warme belangstelling voor de Academie getoond heeft. Kort na
het overlijden van dezen hooggeschatten oud-Voorzitter, ontving
de Raad van den heer J. Bosboom het gesteendrukt portret in
eene fraaie lijst van Jhr. Mr. Gevers Deynoot ten geschenke,
hetgeen in de bestuurskamer naast de beeltenissen der vroegere
bestuurders geplaatst is.
In het personeel der leeraren hadden enkele wijzigingen
plaats. De heer A. Lang, wien eene voordeelige betrekking als
bouwmeester te Bucharest was aangeboden, verzocht en verkreeg
op 1 April 1882 zijn eervol ontslag als hoofdleeraar in het
ornament. In zijne plaats werd, van April tot October voorloopig
en met ingang van 1 October jl. definitief benoemd de heer
E. W. F. Kerling, oud-leerling der Academie, die later onder
den bouwmeester Muysken en op buitenlandsche kunstacademiën
het ornament in zijnen ganschen omvang tot zijne hoofdstudie
heeft gemaakt. Ter vervanging van de hulpleeraren Dinn en van
Steeldie respectievelijk tot leeraars in het teekenen te Harlingen
en Schiedam werden benoemd, stelde de Raad de heeren P. J.
Izeren en E. van der Wonde aan. De eerste is reeds hulpleeraar
voor de eerste drie dagen der week, terwijl de laatste zich als
leerling van het M. O. door vlijt en aanleg onderscheidt.
Voor den wintercursus 18811882 werden 418 leerlingen
toegelaten. Ofschoon zich na de inschrijving nog verscheidene
jongelingen aanmelddenwas er geene plaatsruimte om aan die
verzoeken te voldoen. In den aanvang was de zoogenaamde
stamklasse zelfs zóó bezetdat er telkens eenige leerlingen
naar huis gezonden werden, omdat men hun geene voldoende
plaats kon inruimen.
Van deze 418 waren 316 betalende leerlingenvan welke 37
den cursus van het M. O. volgden84 waren voor rekening van
leden ter Academie gezonden; slechts 18 onvermogende leer-
