59. ii De uitkomst der visseherij mag alzoo. ook over 1882 gunstig genoemd worden. Nog bevredigender had zij kunnen zijn indien de October-stormen de laatste reizen niet hadden doen missen. Maar ook uit een ander oogpunt berokkenden zij aan zienlijke schade. Behalve veel vischwantgingen 9 schuiten en, wat het meeste van alles zegt, niet minder dan 71 men- schenlevens verloren. Ten behoeve der visseherij werd 4,169,638 kilo zout gebruikt. Uit Engeland werd voor ruim f 100,000 aan visch voor de drogerijen aangevoerd. Het zeevaartkundig onderwijs werd op denzelfden voet voort gezet. De vruchten daarvan zullen rijker worden naarmate de leerlingen, die er aan deelnemen, meer partij hebben getrok ken van het voorbereidend onderwijs. De wet, houdende strafbepalingen tot beteugeling van deser tie van zeevisschersen de geregelde aanmonsteringen voor den Waterschout, werkten gunstig op de verhouding der schepelingen. Ook nu was de aanbouw van vaartuigen slechts van geringe beteekenis; de scheepstimmerwerven en de daarmede verwante bedrijven ondervonden hiervan bij vernieuwing de nadeelen. Dat vele reeders van Scheveningen hunne loggers elders laten bouwen, is het schadelijk gevolg van het voortdurend gemis eener zeehaven. Zoolang deze levensbehoefte voor Scheveningen niet vervuld wordt, kan er van wezenlijken vooruitgang geen sprake zijn, niet alleen, maar zullen de sporen van achteruitgang allengs duidelijker zichtbaar worden. De fabriek van katoenen garensvischnetten en zeildoek van de firma M. Pabseb en Co. verkeert in bloeienden staat. De bestellingen zoowel van binnen- als van buiten 's lands namen aanhoudend toe. Het door deze firma in den handel gebracht katoenen zeildoek trekt meer en meer de aandacht. De taanderijen en de leverantiën van scheepsbenoodigdheden van de firma A. E. Maas en Zonen zijn insgelijks in goeden toestand. Ook voor de fabriek van cementsteen van den heer J. Pleit-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1882 | | pagina 452