135
ondervinding bevestigd. Hoewel hinder van muziek en
vooral van blaasinstrumenten niet te vermijden is,
mocht het na eenig overleg gelukken de lessen zóó in
te richten, dat de onderwijzers daarvan weinig of geen
last ondervinden.
Het gebouw is thans van gas voorzienzoodat ook
des avonds daarvan gebruik kan worden gemaakt.
Het jaarlijksch verslag over 1882 is hierachter op
genomen als bijlage 15.
2°. Academie van Beeldende Kunsten.
In den Raad van bestuur had geene verandering
plaats.
De heeren Dr. L. R. Beunen, J.G. Vogel, C.Bis-
schop, Mr. F. von Weckherlin en H. P. Mutters Jr.,
die aan de beurt van aftreding warenwerden herkozen.
De groote toevloed van leerlingen eischte dringend
uitbreiding van personeelzoodat de Raad op 1 No
vember 1882 den heer Is. D. Buns benoemde tot hulp-
leeraar in de afdeeling A, en in April 1883 Mej. J. P.
Grans een gedeelte van het onderricht aan den cur
sus voor Middelbaar onderwijs opdroeg.
Ter vervanging van den heer H. L. Boersma, die,
tengevolge van de uitbreiding van zijn werkkring aan
de Ambachtsschool, zich verplicht zag zijne lessen
aan de Academie te staken, werd met ingang van 1
October 1883 tot leeraar in de beschrijvende meetkunde
benoemd de heer G. J. Franqois.
Voor den cursus 1882 -1883 waren 439 leerlingen
ingeschreven, alzoo wederom 21 meer dan het vorige
jaar, waarvan:
313 betalende leerlingen;
108 voor rekening van academieleden, en
18 die gratis de lessen bij woonden.