140 bepalen tot eenige mede- ons minder gewenscht zaakt, boven de reeds bij de begroeting van 1883 voor winterarbeid toegestane gelden, een crediet aan te vragen van f 5000, ten einde te kunnen voldoen aan de vele aanvragen om werk. Ligt het niet op den weg van Gemeentebesturen om als werkverschaffers op te treden, toch achtten wij het geraden de werkvragers te bevredigen, daar anders velen hunner ten laste van het Burgerlijk Armbestuur zouden zijn gekomen, hetgeen voorkwam. Bij het einde van het jaar moest deze maatregel door ons worden herhaald en verleende de Raad een crediet van 1000. Verder kunnen wij ons deelingen, voorkomende in het verslag van het Bur gerlijk Armbestuur, hierachter gevoegd als bijlage 28. Bij de eerste uitdeeling in Januari 1883 wees de lijst der bedeelden een cijfer aan van 458 gezinnen, uitmakende 969 personen, alzoo 12 gezinnen meer dan op hetzelfde tijdstip van het vorig jaar. Te Scheveningen werden daarenboven nog tijdelijk in bedeeling opgenomen 138 gezinnen, uitmakende 616 personen, aan wie van 1 Januari28 Februari onderstand werd verstrekt in brood en warme spijs en ook voor eene enkele maal in brandstoffen. De weinige waarde, welke de bedeelden aan warme spijs blijken te hechten, deed het Burgerlijk Armbe stuur besluiten de uitdeeling daarvan voor het vervolg te Scheveningen te staken. Ter vergoeding intusschen van dit gemis werd de bedeeling in geld en brood eenigszins verhoogd. Deze maatregel gaf aan het Burgerlijk Armbestuur eene niet onaanzienlijke be sparing. Het Besledelinghuis geeft geen aanleiding tot bijzon-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1883 | | pagina 146