152 d. b. Verveening. c. Mijnwezen. Visscherij, binnengaatsop de Zuiderzee en buitengaats. De berichten omtrent de visscherij luiden zeer gunstig; de uitkomsten zijn hieronder vernield. verschillende departementen van Algemeen Bestuur toegekend en, die welke behaald zijn in de afdeelingen Schoone Kunsten, graveer- en beeldhouwkunde en land- en volkenkunde en eindelijk de persoonlijke onderscheidingen De Haagsche Margarineboterfabriek had geregeld werk. De 's-Gravenhaagsche melkinrichting bloeide gedu rende het afgeloopen jaar en met genoegen mogen wij hier constateerendat zeer vele handelaren in melk, boter en kaas door hunne goede leverancien zich blijven onderscheiden. Onder lett. b van hetzelfde Hoofdstuk worden nog in korte trekken aangegeven de nadeelige gevolgen die men in 1883 ondervond van den speculatiebouw. Fail lissementen waren nog talrijker dan in 1882, en de oude en gevestigde firma’s herinneren zich niet ooit zoo weinig werk gehad te hebben; ter nauwernood kon den zij hunne vaste werklieden aan den gang houden. Onder letter c treffen wij aan de inrichtingen in het belang der werklieden, die evenals de onder letter d genoemde instellingen en inrichtingen in het belang der nijverheid sedert het vorige jaar geen veranderingen ondergingen. Het verslag der afdeeling ’s-Gravenhage van de Vereeniging ter bevordering van Fabriek- en Hand- werksn ij verheid in Nederland is, als bijlage 37, hier achter gevoegd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1883 | | pagina 158