22.
VERSLAG van den toestand en de
exploitatie der Gemeentegasfabriek
te ’s-Gravenhageover het dienst
jaar 1883.
Het beheer der gasfabriek bleef opgedragen aan heeren Bur
gemeester en Wethouders van ’s-Gravenhage, ingevolge Raads
besluit van 16 December 1879bijgestaan door eene vaste
Commissie, bestaande uit een Voorzitter, door Burgemeester en
Wethouders uit hun midden aangewezen, en uit vier leden van
den Gemeenteraad, jaarlijks door dat College te benoemen.
Bij de jaarlijksche benoeming der Commissie, welke plaats
had op den 20 September 1883, werden de heeren Godon,
Rietstap en Mouton herbenoemdterwijl in de plaats van
den heer van dee Gon Netschee, die voor eene herbenoe
ming niet meer wenschte in aanmerking te komen, werd be
noemd de heer F. H. van Malsen.
De heer Wethouder J. van Stealen bleef Voorzitter der
Commissie.
Het onderzoek der lichtsterkte en de hoedanigheid van het
gas, opgedragen aan den heer Koppesohaae, werd geregeld
voortgezet.
De gasprijs bleef, zoowel voor de particuliere verbruikers als
voor de gemeente, waaronder ook de publieke verlichting, 9
cents per M’.
I. Beheer der Fabriek.
j