22.
het materieel der publieke
VIII.
Voor‘de beide verlichtingen werden dus verbruikt
8,208,240 M3waarvoor ontvangenna aftrek van
oninbare posten737,060.04
zijnde netto ongeveer 8,98 ets. per M3 afgeleverd gas.
Voor de particuliere verlichting, met inbegrip van die der
gemeentegebouwenwerden geleverd 6,832,239 M3 gas, waar
voor na aftrek van de oninbare posten werd ontvangen ƒ613,219.95
en voor de publieke verlichting 1,376,001 M3 gas,
waarvoor is ontvangen-123,840.09
Particuliere en publieke verlichting te samen.
De eersten hebben in dit jaar 3653| uren en de anderen
1967^ uren gebrand.
Voor het door de publieke verlichting gebruikte gas werd
door de gemeente 0.09 per M3 vergoed, evenzoo restitueerde
de gemeente de kosten van het onderhoud van het materieel der
publieke verlichting ten bedrage van 9492.60 en die van het
aansteken en blusschen ten bedrage van 21,955.55.
Deze post is 3025.13 hooger dan verleden jaar door de
verhooging van het loon der opstekers en van het tractement
van een der inspecteurs en door het aanstellen van één aan
steker méér.
De kosten van uitbreiding van
verlichting bedroegen 5668.48.
Voor de publieke verlichting werden gebruikt 1,376,001 M3
tegen 1,307,950 M3 in het vorige jaar, in 1883 dus meer
68,051 M3.
Het gasverbruik voor de publieke verlichting bedroeg per
inwoner (129,674) 10,6 M3 tegen 10,4 in het vorige jaar.
Voor den dienst der publieke verlichting werden op het einde
van het dienstjaar 45 lantaarnopstekersdie elk 8.05 per
week verdienengebezigd.
Als bijlage n°. 3 is hierbij gevoegd eene graphische voorstel
ling van het verloop van het gasverbruik door de publieke ver
lichting sedert de exploitatie door de gemeente.