25.
welk getal weldra tot 260 steeg. Om in de behoefte aan ruimte
in de school aan de Tullinghstraat te voorzienwerden daarop
2 geheele klassen dier school, samen 60 leerlingen tellende,
naar de nieuwe school overgebracht, waarvan de hoogste 2 klas
sen derhalve uit onvermogenden bestaan.
Het verblijdend resultaat dier tijdelijke maatregelen is, dat,
zooals uit de als bijlage G achter dit verslag gevoegde tabel blijkt
het aantal restanten op het einde van 1883 aan de scholen voor
onvermogenden niet meer dan 257dat aan de scholen voor min
vermogenden 48 bedroeg, waarvan het grootste gedeelte met
1 Februari 1884 aan den Noordwal plaatsing zou vinden.
Wordt daarbij evenwel niet uit het oog verlorendat de school
aan de Juffrouw-Idastraat zoo spoedig als eenigszins doenlijk is zal
moeten worden ontruimd, dan blijkt uit die cijfers, dat de bouw
eener 11de school voor onvermogenden inderdaad onvermijdelijk
blijft. Het is daarom met bijzondere voldoening, dat de Plaat
selijke Commissie kan mededeelen, dat daarvoor een terrein
aan den Zuid-Buitensingel reeds gevonden en aangewezen is
(in de zitting van Uwen Raad van 20 September jL)en dat
de schetsteekening dier school zich reeds ter beoordeeling in
hare handen bevindt.
Nadat pogingen om voor de 7de school voor minvermogenden
te ’s-Gravenhage in het Zuid-Oostelijk gedeelte der stad een
terrein te vinden, niet hadden mogen gelukken (zie bladz. 14
van het vorige verslag), meenden Burg, en Weth., in overleg
met Uwe Commissie, daarvoor een aan de gemeente werf gren
zend, aan het Zieken gelegen perceel te moeten aanwijzen, dat
onlangs door de gemeente was aangekocht, ofschoon daarbij
wegens de beperkte ruimte geen onderwijzerswoning kon worden
gevoegd.
Ook dit denkbeeld droeg de goedkeuring van Uwen Raad in
zijne evengemelde zitting weg.
Nog vereenigde zich Uw Raad op denzelfden dag met een
voorstel van het College van Dagelijksch Bestuur, om de derde
school voor onvermogenden te Scheveningen niet, zooals aan
vankelijk was bepaald, in de nabjjheid der Gedenknaald te
