24. Van de 4e klasse woont 1 leerling de lessen in het hand- teekenen niet bij. Voorts wordt geen deel genomen aan de lessen in de gym nastiek door 2 leerlingen uit de 3e klasse, door 1 leerling uit de 2e klasse en door 2 leerlingen uit de le klasse. Uit dezen staat blijkt dat van deze nieuwe bepaling voor alsnog niet veel gebruik wordt gemaakt. In verband hiermede werd nog door Burgemeester en Wet houders bepaald dat, indien de ouders of verzorgers mochten verlangen dat de vrijgestelde leerlingen gedurende de tusschen- uren in de school zouden blijven, hieraan voorloopig moest worden voldaan, doch dat hun dit voorrecht zou worden ont nomen, indien zij, in welk opzicht ook, de orde mochten verstoren. Over de traktementen der leeraren werd dit jaar ernstig van gedachten gewisseld. Reeds in het verslag over 1882 vermeldden wijdat de splitsing der hoogste klasse aanleiding had gegeven om aan die leeraren, welke hierdoor meerdere werkzaamheden te vervullen hadden, eene toelage te verzekeren. Wij meenden dat hierin verandering moest komen en dat de splitsing van eene klasse geen aanleiding behoorde te geven voor buiten gewone toelagen. Daarenregen bleek ons dat de jaarwedden aan deze school minder bedragen dan in andere groote ge meenten, zoodat verdienstelijke leeraren om die reden naar elders waren vertrokken. Voorts had ook de vervulling der vacature Steliwagen tot moeilijkheden aanleiding gegeven en eerst na eene herhaalde oproeping van sollicitanten hadden een paar candidaten zich voor deze betrekking aangemeld. Deze redenen noopten ons aan het Dagelijksch bestuur in overweging te geven de toelagen af te schaffen en om tevens een voorstel te doen tot eene zooveel mogelijk algemeene verhooging der jaarwedden. Ten einde dat voorstel niet op finantieele bezwaren te doen afstuiten, hebben wij ons aanvankelijk bepaald tot eene matige verhooging, het aan de beslissing in volgende jaren over latende of en in hoeverre daarmede dient te worden voortgegaan. De door ons gedane voorstellen werden in hoofdzaak door Burge-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1883 | | pagina 396