28. zijn als vrijboeren gevestigd en veroorzaken alzoo aan het Armbestuur geene kosten. Daarenboven werden nog voor zijne rekening in die gestichten verpleegd eene bij hare betrekkingen inwonende oude vrouwen eene anderedie door ziekelijkheid geheel ongeschikt is om te werken. Tevens zag het Armbestuur zich op voorstel van Commis sarissen der Maatschappij verplichtom de toelage ten behoeve van slechts een der in vorige verslagen genoemde hulpbehoe vende gezinnen, vooralsnog voort te zetten. Ter zake van deze ondersteuning en verpleging werd in 1883 aan de Maatschappij van Weldadigheid betaald 568.64 tegen f 764.22s in 1882. Tot de mededeeling overgaande van hetgeen betrekking heeft op de verstrekking van geneeskundigen onderstand, vestigt het Burgerlijk Armbestuur thans de aandacht op den hier volgenden staat:

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1883 | | pagina 450