ACHT EN TWINTIGSTE jaarlijksche verslag
der Soepinrichting voor arme Israëlieten le
’s-Gravenhageover 18821883.
Bijlage 51
7705
319
207
119
8350
Het Verslag van den toestand onzer inrichting gedurende
het acht-en-twintigste jaar van haar bestaan kan, daar zij
weder met minder middelen dan vorige jaren moesten blijven
werken, ook thans weder beknoptheid aan volledigheid paren.
De bekende liefdadigheid van 's-Gravenhaags ingezetenen,
waarop als naar gewoonte een beroep werd gedaan, stelde ons
in staat gedurende den afgeloopen winter de armen van de
beide Israëlietische gemeenten van verwarmende spijs te voor
zien. Daar de opbrengst der winterinschrijving en collecte
minder bevredigende inkomsten leverden dan in vorige jaren
en meerdere aanvrage voor bedeeling plaats had, waren onze
middelen niet toereikend de uitdeelingen tot het cijfer van
vorige jaren te brengenzoodat het getal slechts 20 bedroeg
het laagste cijfer dat tot nu toe plaats had.
En daar de winter niet van langen duur was en de weerge
steldheid niet streng, konden wij om de uitdeelingen langer
voort te zettenniet nogmaals een beroep doen op de liefdadig
heid onzer stadgenooten.
De eerste uitdeeling had plaats op 29 December 1882de
laatste 23 Februari 1883. Er werden geregeld aan 125 hoofden
van huisgezinnen en 302 kinderen soep verstrektdus te zamen
427 personen.
Het aantal portiën bedroeg
Gewone bedeeling.
Extra n
Schoolkinderen
Verkochte kaarten
Totaal