55. Het waren vooral de wekelijksche beleeningen, die minder werden afgelost. Terwijl namelijk in de hoofdbank 1865 panden méér werden gelost dan in 1882daalde het cijfer der lossingen in de hulpkantoren met 7532. Voor een deel moge de oorzaak dier vermindering te zoeken zijn in de tijdsomstandigheden waardoor menig beleener zich genoodzaakt zag zijn pand in de bank te laten, terwijl hij dat vroeger wekelijks loste; zij was voor een ander deel het gevolg van een in den loop van 1883 getroffen maatregel. De pandenin de hulpkantoren beleendworden na acht dagen overgebracht in de hoofdbank, en de pandgever, die verlangt zoodanig overgebracht pand des avonds in een hulp kantoor te lossenmoet aldaar ’s morgens of daags te voren zijn voorschot met het beleenbriefje deponeeren tegen ontvangst van een bewijs, waarop hij ’s avonds tegen betaling van de verschenen rente zijn pand terugbekomt. Daar intusschen de meeste pandgevers eerst des avonds hun weekloon ontvangen en dus ’s morgens niet bij machte zijn het voorschot terug te geven, placht die vooruitbetaling veelal te geschieden in den vorm eener vernieuwde beleening. Het getal beleeningen in de hulpkantoren nam hierdoor aanmerkelijk toe; maar eene zoo gemakkelijke vermeerdering der weekpanden werkte zorgeloos heid in de hand. Om dit tegen te gaau, werd verboden de vooruitbetaling van het voorschot door eene vernieuwde beleening te dekken; terwijl tevens, met beperking, aan de pandgevers wordt toegestaan het voorschot te gelijk met de rente eerst des avonds bij de af haling van hun pand te voldoen. (Art. 6,2'lid van het reglement voor de hulpkantorenVerzameling n°. 561c). Op deze wijs zijn in 1883 gelost ruim 4000 panden, waarop meer dan f 13,000 was voorgeschoten. Het aantal verkochte panden was: in 1882, 2147 waarop voorgeschoten was f 9143.00 1883, 2248 B - 8612.50 in 1883 meer 101 in getalminder in kapitaal f 530.50 Het waren dus voornamelijk panden van minder gehaltedie

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1883 | | pagina 479