59. Fabrieksn ijver heid. a. Geweerfabrieken bestaan hier nietwel zijn de geweer-magazijn- houders in staat in de voorkomende reparation te voorzien maar de groote concurrentie schrikt hen af van het projecteeren en vervaardigen van geweren. Hadden de loodplellerijen van de heeren L. J. Enthoven en C°. voortdurend werk, in de kopergieter!} en plettery was de toestand veel minder gunstig. Van den metaalhandel valt in 1883 bijzonder weinig goeds te vermelden; zonder onderscheid was op elk gebied daling der prijzen schering en inslag. Gietijzer viel van 50 op 425/5 per ton, tin van f 60 op f 51 per 50 KG.; koper in bladen van circa f 100 op f 88 per 100 KG.lood in rollen werd zelfs door het buitenland ad 15 per 100 KG. ingevoerd, terwijl bovendien alle metalen flauw bleven. Niettegenstaande de groote concurrentie konden de beide groote ijzerfabrieken, die van de firma L. J. Enthoven en C° en die van de Maatschappij de Prins van Oranje zich verheugen het geheele jaar in staat te zijn aan haar talrijk personeel werk te verschaflfen. Beide ondernemingen hadden 1000 personen in dienst. Hieruit blijkt dat van de 95 aanvragen, waarop door het Gemeentebestuur eene beslissing werd genomen, 85 zijn toe gestaan, 3 afgewezen en 7 ingetrokken. Eene vergunning werd verleend bij besluit van Gedeputeerde Staten. De koper- en blikslagerijen hadden gedeeltelijk voortdurend Werk; enkelen zelfs ging het zeer goed, terwijl voor anderen het afgeloopen jaar minder voordeelig was. Evenals in 1882 was ook in 1883 het zachte weer oorzaak dat de smederijen en vooral de kachelsmeden Veel reden tot klagen hadden en slechts met moeite hun gering personeel werk konden verschaffen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1883 | | pagina 519