25. in reeds aangewezen. Men mag dus onderstellen, dat de gemeente eerlang werkelijk in het bezit zal zijn van het bij de verordening vastgestelde getal burgerscholen (1ste soort). Het steeds stijgend getal restanten, waarvan, gelijk uit de als Bijlage G achter dit verslag gevoegde tabel blijkt, bijna 300 voor rekening der school aan den Zuidwal komen, doet naar dat tijdstip verlan gend uitzien. Met 1 September 1884 werd de burgerschool (2de soort) voor meisjes aan de Atjehstraat geopend. Het getal leerlingen, waar onder, behalve eerstbeginnenden, ook velen die uit andere scholen o. a. uit de openbare burgerscholen (1ste soort), zijn overge komen, bedraagt ruim 150. Over de uitkomsten van het onderwijs Valt uit den aard der zaak nog niet veel belangrijks mede te deelen. (1ste soort) aan ontruimen. Het gebouw der openbare school aan de Juffrouw’-Idastraat was echter nog niet gereed voor de opneming, en kon ook be zwaarlijk reeds nu aan zijne bestemming als tijdelijke school voor onvermogenden worden onttrokken. Burgemeester en Wethouders meenden daarom en met hun gevoelen kon de Commissie zich vereenigen het meest in het belang van het onderwijs te handelen door de school aan het Kerkplein met 1 September 1884 tijdelijk over te brengen in het alsdan gereed komende gebouw der burgerschool (2de soort) voor jongens aan de Korte Lombardstraat. Deze maat regel bleek doeltreffend. Het eenige bezwaar is, dat de ruimte der lokalen, die voor een kleiner getal leerlingen berekend zijn, noodzaakt de getalsterkte der klassen eenigszins te beperken. In verband met den aanleg der nieuwe straat langs het Post kantoor en tengevolge van door het Rijk aan genoemd gebouw voorgenomen werkzaamheden, bleek in den aanvang van het jaar, dat het wensehelijk was het gebouw der burgerschool het Kerkplein, zoo mogelijk, reeds in 1884 te

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1884 | | pagina 312