24. door 12, terwijl de cursus in doorzichtkunde door 16 leerlingen gevolgd werd. Het onderwijs in de beschrijvende meetkunde werd aan 26 leerlingen gegeven. Dertien jongelieden volgden den cnrsus voor landmeetkunde en 85 leerlingen ontvingen onder richt in het rekenen. Het onderwijzend personeel onderging eenige uitbreiding in verband met de toeneming van het aantal leerlingen. De tegen woordige samenstelling blijkt uit den hier achter gevoegden staat. 2°. De Ambachtsschool. Directeur H. L. Boebsma. In het vorige verslag werd reeds gewezen op het toenemend bezoek van deze school, toen het aantal leerlingen vroeger steeds beneden de 100, tot 131 gestegen was. Gedurende dit jaar bleef het aantal op dezelfde hoogte en waren in December 130 leer lingen op school. Volgens de indeeling bij het theoretisch onderwijs zijn de leerlingen aldus verdeeld: 70 15 19 22 4 130 Bij het toelatingsexamen werden 36 jongelingen geëxamineerd van welke 18 slaagden. Voorts werden nog 29 toegelaten op vertoon van een getuigschrift van de Commissie van Toezicht of van het hoofd der school en 9 omdat zij de laagste klasse van de avondschool met goed gevolg hadden doorloopen. 1883. 74 leerlingen. 34 23 130 tegen 131 leerlingen. Naar het door hen gekozen beroep zijn er onder hen: Timmerlieden Schrijnwerkers en meubelmakers. Huisschilders Smeden en machine werkers Beeldhouwers en boetseerders. Totaal 1ste klassegesplitst in 2 afdeel ingen 63 tegen 2de 2 41 3de 26

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1884 | | pagina 386