Bijlage 55
OPGAVEN betreffende de Gemeentelijke Bank
van Leening te ’s-Gravenhage over het
boekjaar '1884.
n°. 1.
van f
(1) Zie hierachter.
80,511.80 s.
f 50,000.00
511.80»
30,511.80s
f 80,511.80s
Tegen welke rente heeft de bank be
leend
NB. Indien de rente verschilt naar
mate het bedrag der beleening
hooger of lager isde rente voor
iedere categorie afzonderlijk op
te geven.
200 8
7
1 tot beneden f 100 9 pCt.
- 100
200 en daarboven
NB. Indien de bank bij meer dan
één lichaam kapitalen heeft op
genomen ieder lichaam afzon
derlijk te vermelden, met opgave
van het aan het einde des boek-
jaars verschuldigd bedrag en
an de rente.
5 pCt. ’sjaars.
Van de Gemeente
de spaarbank der
Maatsch. «tot Nut van
’t Algemeen alhier
30,000.00
Idem voor
nog ver
schuldig
de rente
Is in het afgeloopen boekjaar ver
andering gebracht in de voorwaarden
waaronder en de wijze waarop voor
schotten worden verstrekt?
Wat is het totaal der kapitalen die
de bank aan het einde des boekjaars
verschuldigd was?
Tegen welke rente zijn die kapitalen
opgenomen
En van welk lichaam?
