59.
V. Nijverheid.
eene gezamenlijken inhoud van 869 ton. (Zie verder hieromtrent
VII). Van de 93 vaartuigen bovenvermeld, behooren er 21
te Scheveningen thuis. Van de overigen zijn 15 bewoonde
liggers (2 meer dan 1883)6 voor het fabriekswezen5 aan
de koolmarkt in gebruik en een voor houtskolen. De overigen
behooren aan particuliere schippers tot aanvoer van brandstoffen
aardappelen, fruit enz. of aan kramers, die de jaarmarkten
bezoeken.
Aangaande de reederijen der firma’s Huijgens en Harden-
berg en C. Jut en C°. zijn ons geen bijzonderheden bekend
geworden. De toestand der reederij van de firma J. J. van den
Berg was gunstig. Haar aantal schepen was vier: een schooner
galjoot, 2 schooner brikken en 1 bark.
stoomvermogen gegeven in de
C°. en de rijtuigfabriek van
van de lijst wegviel de zagerij
Dit verslag gaat vergezeld van de gebruikelijke tabellarische
opgaaf aanwijzende de op 31 December 1884 in deze Gemeente
aanwezige fabrieken die met stoom werken, het aantal stoom
tuigen, stoomketels en de nominale paardenkracht.
Bij vergelijking met de tabel gevoegd bij het vorige jaar
verslag blijkt, dat stoomwerktuigen werden geplaatst in de
volgende nieuw opgerichte fabrieken enz.
de ’s-Gravenhaagsche kunstaardewerkfabriek met een ketel
en machine van 3| P. K.
de zagerij van J. Veth met een ketel en machine van 12 P. K.;
de briquettenfabriek van J. A. van Prehn met een ketel
en machine van 10 P. K.
en de bleekerij van F. J. Leenen (Bezuidenhout) met een
ketel en machine van 8 P. K.
Verder werd uitbreiding aan
zagerij van L. Antenne en
M. L. Hermans en 0°. terwijl
van D. A. de Cocq.
b. Builenlandsch.