59.
Gevraagde adviezen werden uitgebracht:
I. Aan ’8 Konings Commissaris in Zuidholland
omtrent de vraag welke arbeid voor kinderen van 1216jaar
on voorwaardelijk of voorwaardelijk schadelijk te achten is en
dus onvoorwaardelijk dient verboden of slechts voorwaardelijk
behoort te worden toegelaten. Het antwoord der Commissie in
wier handen dit vraagpunt gesteld werd luidde dat er binnen
deze Gemeente behoudens kleine uitzonderingen geen schadelijke
arbeid door kinderen van genoemden leeftijd wordt uitgeoefend
en dat de volgende vakken als min of meer schadelijk voor de
gezondheid waren aan te merken:
a. het bereiden van chemische praeparatenhet werken in
bakkerijen en smederijenvooral wanneer men daarbij aan voort
durende temperatuursverandering is blootgesteld;
b. die vakken, welke veel stof bij de uitoefening veroor
zaken, als steenhouwer, beddenmaker, enz.;
c. de vakken die zittende worden uitgeoefend.
omtrent den dienst der Haagsche tramzoodanig dat de Residentie
's avonds na 9 ure weder in het genot gesteld worde van
tramvervoer.
De Kamer sprak daarbij den wensch uit, dat de Raad zijne
medewerking mocht verleenen tot de wijzigingen in den dienst
door de directie der tramway maatschappij voorgesteld, opdat
er een einde kome aan een verschil van opvatting waarvan het
publiek de dupe is.
IV. Tot Burgemeester en Wethouders:
bij brief van 22 October 1884 n°. 19, waarbij de Kamer in
overweging gaf om bij bruggen of straten eene ruimte van
10 a 12 meter aan te wijzen aan den waterkant die vrij
gehouden moet worden voor laad- en losplaats. Daardoor
zou den schippers gelegenheid gegeven worden om direct te
laden of te lossen en zich te verwijderen en zouden de inge
zetenen hunne goederen langs den kortsten weg kunnen af en
aan voeren.