151 dat verpleegd zijn 1247 onvermogende personen die te zamen 48903 dagen in behandeling waren, alzoo 22 verpleegden en 1033 verpleegdagen minder dan in 1884. De verplegingskosten dier patiënten werden volgens Raadsbesluit van 26 Augustus 1884 niet meer door het Burgerlijk Armbestuur vergoed. Wat betreft de geneeskundige hulp aan armen verstrekt, die in hunne woningen werden verpleegd, verwijzen wij weder naar onze mede- deelingen in Hoofdstuk Vla V. De financieele uitkomsten zijn, volgens de overgelegde rekening, waarbij dit meer in het bij zonder blijkt, gunstig te noemen, daar van het ver leende subsidieeen saldo overbleef van ƒ3084.6072. Hierbij zij nog gevoegd dat, ofschoon in het winterseizoen van 1 884/85 het werk voor velen verminderde, de nood zich niet in die mate schijnt te hebben voorgedaan als in het vorige jaar; althans vond de Commissie, die toen was samen gesteld met het doel werk te verschaffen aan hen die er om vroegen, geen bepaalde aanlei ding om zich op nieuw te vereenigen en haren arbeid te hervatten. Instellingen door of van wege de Gemeente beheerd of gesubsidieerd Als bijlage 34 n°. 1 is hierachter opgenomen een tabel, betrekking hebbende op het getal armen, rechtstreeks door het Gemeentebestuur zonder tusschenkomst van armbesturen onder steund, welke tevens bevat de te dier zake gedane uitgaven en ontvangsten. Voor zooveel de instellingen van weldadig heid betreft, bedoeld bij de alinea’s ad van art. 2 der wet van 28 Juni 1854 {Staatsblad

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1885 | | pagina 158