1"
V E R S L A G van den staat der Bank van
Leening te ’s-Gravenhage over 1885.
Bijlage 3j.
Commissarissen hebben de
over 1885
hoofdbatik
hulpkantoren
de «opgaven»
eer aan den Raad over te leggen
aan de Regeering medegedeeld.
Beleende panden.
de eerste plaats dat in 1885
Beid. Kapit..al.
f 82.501
652.621.50
f 735 12-2.50
n de beleeningen in de
1885.
f 10.7269
3.14"’
voor de hoofdbank
hulpkantoren
beide te zamen
Uit die opgaven blijkt in
zijn beleend in de
Panden.
7691
-207499
Te zamen .215190
Vergeleken met het vorig jaar zij
hoofdbank vermeerderd in getal met 84 panden, doch ver
minderd in kapitaal met f 1485.50.
In de hulpkantoren zijn zij vermeerderd met 6903 panden
ad. f 9895.
In het geheel zijn dus 6987 panden ad f 8409.50 meer
beleend dan in 1884; eene vermeerdering, hoofdzake’ijk ge
vormd door panden van geringe waarde.
De rubriek van f 1 tot en met 1'2 beslaat dan ook ruim de
helft van het geheele aantal dezer beleeningen.
Deze grootere toeloop van kleine panden zal wel voor een
goed deel zijn toe te schrijven aan schaarsebte van werk
maar daaraan zal vermoedelijk ook niet vreemd zijn gebleven
dat de bekende «Verkoophuizen» een groot gedeelte van het
afgeloopen jaar, op bevel der Justitie, gesloten zijn geweest.
Volgens de Staten door den Directeur met de meeste zorg
bijgehouden bedroeg de gemiddelde beleensom in
1884.
f 11.04
3.204’
.f 349
