*4» Departement 's-Gravenhagc der het Algemeen, goed onderwijs be- verbetering van het meisjesonderwijs zoovele jaren heeft tegen gehouden. De commissie zoude dit te meer betreuren, omdat het tot stand komen dier burgerschool 2e soort naar hare overtuiging werkelijk gewenscht en noodig is, en zij hoopt dat nadere overweging U dit met haar zal doen inzien. Lager onderwijs alleen voor jongens in alle vakken van het zoogenaamd lager onderwijs wordt thans te's-Gravenhage alleen op de bijzondere scholen gegeven. De commissie stemt gaarne in met den lof door l’ in het algemeen aan die bijzondere scholen overgebracht reeds in haar schrijven van Juni 1882 wees zij op het uitstekend onderwijs op verscheidene daarvan gegeven. Doch deze scholen voorzien niet geheel in de behoefte die in deze gemeente aan dergelijk onderwijs bestaat. Op de meeste is het liooge schoolgeld (f 100, 150 a 20th voor vele ouders een ernstig, vaak een onoverkomelijk bezwaar, vooral voor hen die meer dan één kind ter schole zenden. De uitsluitend katholieke school der vereeniging Vincentius a Paulo, in het Westeinde, buiten aanmerking latende, stelt alleen de school van het Maatschappij tot nut van schikbaar tegen matig schoolgeld 65). Deze school van ongeveer 400 leerlingen wordt thans echter te bevolkt, de sterke aandrang tot plaatsing had reeds ten gevolge dat enkele klassen meer leerlingen tellen dan wenschelijk is, en in de laatste jaren koude zelfs aan alle aanvragen tot plaatsing niet worden voldaan. Daarbij mag niet worden voorbijgezien dat deze school niet voor de kinderen van alle ingezetenen toegankelijk is, maar alleen voor hen wier ouders of voogden leden zijn der Maatschappij tot nut van het Algemeen. Naast deze school zal eene dergelijke gemeenteschool voor zien in eene werkelijke behoefte, die, ook vroeger bestaande, thans door de groote bevolking der nutsschool meer en meer dringend wordt. Ook uit een ander oogpunt is het tot stand komen der gemeenteschool wenschelijk en noodig. Voor de bijzondere

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1886 | | pagina 305