24 5 en it) De 5® klasje bestond toen niet, uit 8 leerlingen zouals in Uwe vergadering werd gelegd, maar uit 24 onze commissie zich aan Burgemees- uitvoerig rapport nedergelegd, waarmede vereenigde, werd ter kennisneming gezonden ter en Wethouders. Onder verwijzing daarnaar wenschen wij thans slechts kort de drie punten in Uwe vergadering behandeld, te bespreken. Het aantal lesuren per week in wis-, natuur- en scheikunde en natuurlijke historie aan deze school wijst, naar onze mee- ning, geen te hoog cijfer aan Het totaal dier uren (16, 5, 3 en 7) komt vrijwel overeen met dat in andere gemeenten. Ook de omvang der leerstof in deze vakken kan niet te uit gebreid worden genoemd, hetgeen eene vergelijking van het programma dezer school met dat der andere instellingen kan aantonnen. Meerdere beperking van het onderwijs in deze vak ken komt ons voor de algemeene ontwikkeling der meisjes niet wensehelijk voor. Ook kunnen de eisehen voor enkele vakken bezwaarlijk lager worden gesteld, wil het onderwijs in de exacte wetenschappen een afgerond geheel blijven vormen. Alleen zou liet aanbeveling verdienen met de algebra niet te beginnen vóór de 3« klasse, en liet onderricht 'n het boek houden eenigszins te beperken, waaromtrent voor den volgenden cursus voorstellen zullen worden gedaan. Behoudens enkele uitzonderingen, valt bij de leerlingen grootere voorliefde waar te nemen voor de letterkundige vak ken, maar dat er slechts weinig belangstelling bestaat voor de exacte wetenschappen kan niet worden toegegeven. Niet tegenstaande de ouders het recht hebben om vrijstelling van het bijwonen der lessen in deze vakken voor hunne kinde ren te vorderen, wordt er weinig gebruik van gemaakt. In 1X83 namen slechts 4 leerlingen van de hoogste twee klas sen geen deel aan enkele lessen in de exacte wetenschappen. In 1884 bedroeg dit getal II, van welke I uit de 2e, 3 uit de 3e, 6 uit de 4e en 1 uil de 5e klasse. In 1885 steeg dit getal tot 13, van welke 3 uit de 3', 2 uit de 4e 8 uit do 5e klasse (I). In 1886 daalde dit getal tot

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1886 | | pagina 406