28
bedrag van f25.70 in geld, en 137 kilo-
en verminderd voor 101 gezinnen 175
Tot de vermelding van eenige bijzonderheden overgaande
vestigt het Burgerlijk Armbestuur de aandacht op het vol
gende
Bij de eerste uitdeeling in Januari 1886, wees de lijst der
bedeelden een cijfer aan te ’s-Gravenhage van 343 gezinnen,
uitmakende 777 personen, te zamen bedeeld met f253.50 in
geld en 517 brooden, on te Scheveningen met inbegrip van
85 gezinnen 357 personen, vroeger uitsluitend met warme
spijs, brood en eenige brandstollen ondersteund, 179 gezinnen,
uitmakende 509 personen, thans te zamen bedeeld met f 95.50
n geld en 579 brooden.
Die lijst bedroeg alzoo in Januari in alles te zamen 522
bedeelden, uitmakende 1286 personen, met een gezamenlijk
wekelijksch bedrag in geld van f347.— en 696 brooden
hetgeen bij omslag voor den onderstand van ieder gezin
ongeveer 80 cent, en alzoo 2 cent minder dan op hetzelfde
tijdstip des vorigen jaars aanwijst.
Tevens hadden als gewoonlijk in het winterseizoen ver
strekkingen plaats van hemden, dekens, stroo en stroozakken
en uitsluitend voor Scheveningen ook mansbroeken, vrouwen
rokken, kousen en klompen, welke laatste voorwerpen in een
van jaar tot jaar verminderd aantal worden uitgedeeld. Ook
werden aan elk der gezinnen in den wintertijd eenige brand
stollen verstrekt.
De intrekking van bedeeling aan gezinnen van personen
aan den winterarbeid geplaatst, geschiedde voor 51 gezinnen
met f 15.40 in geld en 101 brooden 's weeks.
Bij het eindigen van het winterseizoen werd de onder
steuning nog ingetrokken van 77 gezinnen, uitmakende 293
personen, tot een
grammen brood,
personen, met f 22.40 in geld.
Hierdoor en tengevolge der sedert 1 Januari plaats gehad
hebbende mutation werd de lijst der bedeelden teruggebracht op
401 gezinnen, uitmakende 780 personen, bedeeld met f293.30
en 477 brooden 's weeks, zijnde 6 gezinnen minder, doch
f 1.70 in geld meer en 5 brooden minder dan op hetzelfde